Gekende pastoors van Heks

Gekende pastoors van Heks

De O.L.V Tenhemelopneming

Van de oud bekendste pastoors zijn er verschillende, die niet in Heks verbleven en er de parochiediensten niet uitoefenden. In vroegere tijden diende de pastoor niet in zijn parochie te resideren. Hij mocht zich laten vervangen door een andere priester, tegen bezoldiging van deze vervanger.

  • Simon wordt in 1244 als priester vermeld : “Simon, investitus de Hexe, decanus Concilii Tungrensis” (cfr. Paquay).
  • Gerardus Everardi of Everardus de Tungris vermeld als rector in 1477. Hij verbleef niet in de parochie, doch deed er zich vervangen door Antonius Moens. Hij bedankte in 1478.
  • Johannes de Porta werd benoemd in 1478. De namen van de priesters, die in Heks rector waren tussen 1477 en 1774 worden vermeld door J. Pacquay in “Visitations archiadiaconales du concile de Tongres”.
  • Magister Johannes Ambroses, vermeld in 1486. Hij was student aan de Universiteit van Leuven en werd er raadsheer. Hij verbleef niet in Heks maar liet de parochie bedienen door Gerardus Flardijn. Tijdens de burgeroorlog, die het Prinsbisdom teisterde in 1486 liet Jan Hoots van Bedeu zijn oogst in de kerk van Heks opslaan en er zijn graan dorsen. De aartsdiaken legde hem als straf een bedevaart naar Mainz op, een straf die hij afkocht voor 3 gulden.
  • Dionysius van Severdonck, ook als afwezig vermeld in 1501. Hij deed zich in de parochie vervangen door een kloosterling, Jan de Hessia.
  • Arnoldus Exters : pastoor in Heks van 1512 tot 1548. Het moet een goede pastoor geweest zijn. Hij is wellicht begonnen met een “Registrum Pastoratus” op te stellen en over de tienden te schrijven. Volgens overlevering zou hij begraven zijn aan het hoofdaltaar van de nieuwe kerk van Heks. Daarom de vraag ; zou er een nieuwe kerk van Heks gebouwd zijn onder zijn pastoraat ?
  • Johannes Tinctoris wordt vermeld als afwezig in 1562. Later wordt hij als pastoor vermeld – en dus niet als absens – van 1591 tot 1605. Later wordt hij pastoor te Loon.
  • Johannes Buckens, ook als absens (afwezig) vermeld in 1570.
  • Hubert Pansard, afkomstig van Heers, studeerde aan het Seminarie van Luik en werd pastoor in Heks in 1605. Hij is feitelijk de eerste pastoor van de parochie, die op voorstel van het kapittel van Sint Lambertus benoemd werd. Het was immers pas in 1582 dat voormeld kapittel tijdelijke heer en tiendenheffer van Heks werd.
  • Peter Roux, die van Gelinden zou afkomstig zijn, volgde hem op in 1615 en onderscheidde zich door zijn ijver en naastenliefde. Onder zijn herderschap werd de parochie door besmettelijke ziekten geteisterd : het normaal aantal sterfgevallen van 3 à 4 per jaar, steeg merkelijk, 42 in 1617, 41 in 1630 en 16 in de maand augustus 1936. Kocht in 1617 een preekstoel en een biechtstoel. Ook werd door in 1628 gezorgd voor het afsluiten van het kerkhof. Met vier wagens liet hij in Luik blauwe Naamse stenen halen voor de omlijsting van de twee poorten.
  • Frans Roux, neef van de vorige pastoor, verkreeg de pastorie van Heks in 1652. Hij deed al aantekeningen in het parochieregister II op 18 februari 1652, wat laat veronderstellen dat hij zijn heeroom reeds hielp tijdens de laatste maanden van diens leven. Dank zij zijn tussenkomst werd in 1657 de kerk verrijkt met twee nieuwe beelden : de jonge meisjes van de parochie schonken het beeld van de H. Maagd en de jongelingen een van de H. Rochus, beschermheilige tegen besmettelijke ziekten (onder de vorige pastoor waren de sterfgevallen zeer talrijk). Ook noemde de pastoor S. Rochus “besondere patroon teghen die contagieuse ziekte”.
    Op 27 September 1675 overleed Frans Roux “hujus paroeciae per annos 23 pastor meritissimus” zoals pastoor Truyens het aantekent in parochieregister II (1634-1660).
  • Als opvolger werd E.H. Bormans benoemd. Hij was voorheen pastoor in Brabant. Hij is echter nooit in Heks geweest en stierf op 14 mei 1676.
  • Mathias Truyens, zoon van Gerard en Elisabeth Haez, was afkomstig van Bree, waar zijn vader burgemeester was. Hij maakte zijn humaniora af aan het Augustijnercollege van zijn geboortestad en deed daarna zijn studies van wijsbegeerte en godgeleerdheid aan het Seminarie van Luik. Hij was een der uitstekendste priesters van het Concilie van Tongeren waarvan hij tevens deken was. 
  • Nicolaas Melotte, zoon van Aegidius en Anna Van Alcken, werd in Oreye geboren, doch bracht zijn jeugd meestal door bij bloedverwanten te Loon en Gothem. Van 1694 tot 1704 was hij pastoor te Herne-Sint-Hubert. Op 5 juli 1704 werd opvolger van pastoor Truyens. Hij kwam er met al zijn meubelen op 2 oktober en werd reeds ‘s anderendaags gedeeltelijk geplunderd door de Hollanders.
  • Koenraad Averweys werd te Luik geboren uit Vlaamse ouders, Willem en Catharina Vanderheyden. Hij begon zijn herderschap op 23 juni 1731. Hij heeft weinig aantekeningen nagelaten. In 1742 werd er een doksaal gemaakt in de kerk en in 1743 een grote missie gepredikt. Stierf op 1 mei 1747 en werd in het koor aan de evangeliekant begraven.
  • Martinus Petrus Bollis was afkomstig van Sint-Truiden. Omstreeks 1735 had hij godgeleerdheid gestudeerd en werd in 1747 pastoor te Heks. Het was echter weer oorlogstijd en werden de mensen verdrukt door de Hongaren in de winter en door de Fransen in de zomer.
    Op 3 December 1747 had de publieke verering van de relikwie van de H. Barbara plaats en werd een plechtige H. Mis gezongen door E.H. Vandenhoven, pastoor “vigilantissimus” in Vechmaal. ‘s Anderendaags op feest van H. Barbara werd de mis gezongen door Joannes Knapen, pastoor te Vechmaal. 
  • Henricus Moens, geboren te Zammelen, werd pastoor in Heks in 1774. Drie jaar later bouwde men voor hem een nieuwe pastorie, die nu nog in gebruik is. De oude pastorij was gelegen tegenover de huidige, in de hof van het kasteel (zie hierover onder pastoor Mathias Truyens). Toen er sprake was een nieuwe te bouwen, was het voor de Velbruck een mooie gelegenheid, om door ruil, het goed waarop de oude pastorij stond in het zijne te trekken. 
  • Joannes Cordy van Veulen volgde hem op in 1791. Zijn herderschap viel samen met de moeilijke tijden van de Luiker en de Franse omwenteling. Het was een treurige tijd voor onze gewesten : godsdienstvervolging met daarbij ellende en armoede wegens de zware belastingen en opeisingen van de voorbijtrekkende legers. Kerken werden geplunderd en gesloten, kerkgoederen werden ingepalmd en priesters werden in ballingschap gezonden.
  • Richard Claes : afkomstig van Engelmanshoven, oud-pastoor van Gelinden en zoals Cordy een beëdigd priester. Gedoopt op 8 februari 1760. Oefende reeds sinds 1805 de eredienst uit, doch zonder toelating van de bisschop.
  • Cyprianus Dirix van Montenaken (° 16 sep 1806 – priester gewijd 1829) werd pastoor op 17 maart 1837. Weer werden er stappen ondernomen om de rang van parochiekerk te verkrijgen en de beslissing bleef niet lang uit : op 1 jan 1840 werd de kerk weer parochiekerk of succursaal en tekende E.H. Dirix niet meer als “rector” doch als “pastoor”.
  • Godfried Noben werd in 1815 te Membruggen geboren, was pastoor te ‘s Herenelderen en kwam naar Heks in April 1873.
    Zijn herderschap viel samen met de schoolstrijd, ontketend door de ongelukswet van 1 juli 1879. De parochie kende ook haar schoolstrijd. De mensen van Heks wilden hun kinderen niet sturen naar de officiële school van Meester Dubois, die absoluut wilde aanblijven als gemeenteonderwijzer. Er bleef slechts één oplossing : een vrije school oprichten. Dat is het grote werk geweest van pastoor Noben. Pastoor Noben verbleef 15 jaar in Heks. Oktober 1889 ging hij op rust bij familie in Sint-Truiden, waar hij stierf op 13 December 1897. Hij werd 82 jaar.
  • Antoon Stas, geboren te Sint-Truiden op januari 1836 en pastoor benoemd te Heks in 1889. Kort na zijn aankomst in de parochie kreeg hij moeilijkheden. De schatbewaarder van de kerkfabriek, Jorissen, stak in de schulden en trok er in 1890 vandoor met het geld van de kerk. De vrouw van Jorissen stond borg voor hem en beloofde alles terug te betalen.
  • Henri Asselberg, geboren in Venray (Holland) op 24 mei 1861, priester gewijd te Roermond in 1884, kapelaan te Chênée, pastoor in Ophoven in 1893 en kwam in Heks aan in maart 1900. Het was een grote, statige man, een edele figuur, die indruk maakte op de parochianen en die een buitengewone goede herinnering heeft nagelaten.Hij was erg streng voor de kinderen in de catechismus, maar tevens gemoedelijk voor de jeugd, die hij waakzaam in het oog hield.
  • Henri Moers, geboren te Sint-Truiden op 6 mei 1867, priester gewijd te Luik en kapelaan benoemd in Vlijtingen in 1893, kapelaan te Maaseik in 1896, pastoor in Genendijk in 1903 en in Heks in 1911.Hij zal de ellende van de oorlog ‘14-’18 kennen.
  • Sylvain Preud’homme, geboren in Peer op 17 februari 1894, zoon van Jozef en Anna Maria Van Roy priester gewijd te Luik op 14 juli 1919, kapelaan te Saint-Nicolas-bij-Luik in 1919, rector op Sint-Gangulphus (Sint-Gangelof gezegd) in Sint-Truiden. Pastoor in Heks op 15 November 1938. Emeritus in het kindertehuis te Gellik in 1953. Hij overleed in het St-Jansziekenhuis te Genk op 7 Pastoor RobijnsApril 1965 en werd in Gellik begraven op 12 April 1965.
  • Leopold Robijns, geboren te Rijkel op 1 oktober 1909, zoon van Theophile en Maria Theresia Hayen, priester gewijd te Kamerijk op 9 juli 1938, kapelaan in Borgloon op 30 September 1939, pastoor te Heks op 10 maart 1953. Later in 1961 werd hij pastoor van Brustem en ook in Fooz, waar hij op 14 September 1987 overleed. Hij werd begraven in Zepperen op 19 September 1987.
  • Petrus Vincentz, geboren te Ophoven 9 augustus 1905. Hij was een pater Passionist en werd priester gewijd te Rome in 1932. Hij werd administrator in Grand Marchin in 1959 en als administrator in Heks aangesteld op 31 December 1961, Kanunnik Kortleven, deken van Tongeren. Later in 1969 werd hij pastoor van de Sint-Jansparochie van Tongeren benoemd.
  • Mathieu Bleukx, geboren te Bree op 28 oktober 1931, priester gewijd in Luik op 14 December 1958. Hij was achtereenvolgens kapelaan in Ouffet in 1959, kapelaan te Ochain (Clavier) in 1967 en pastoor benoemd te Heks op 30 juni 1969.


Spijtig genoeg moet ik mij tot heden beperken tot slechts enkele gegevens over de laatste pastoors van Heks. Hopelijk kunnen hier uitgebreider op ingaan na het bekomen van meer documentatie.

PS. In bijgevoegd doodsprentjes vinden wij pastoors, die in Heks overleden en er ook verbleven?
E.H. Hendrik Germis, rustend pastoor, geboren te Lauw, op 5 november 1892, ontslapen te Heks op 14 juni 1971.
E.H Renerius Delvigne overleden op 18 Juni 1830 te Munkhof onder Heks
E.H. Jozef Houbrechts. geboren te Heks op 12 september 1875 en overleden te Heks  op 9 november 1950

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *