ODE AAN BOVELINGEN
Toren van Mechelen, Toren van Rukkelingen, Ééngeworden dorp.
Ik loop langs uw akkers, Ik loop door plantages en beemden, Ik loop langs jouw verleden.
En als het avond wordt Ligt het dorp tussen uw torens in een geur van bloeiende bloesems, als één…grote stilte.
Misschien maakt jij Nog dagelijks een ronde Van kalottesberg over Egoven Tot ver over de waal… Hopend, dat zoals in voorbije eeuwen De toekomst toch wéér eens openbloeit.
Maar wie zal er voortaan Tussen de laatste boerderijen En de ruines van het oude kasteel Uw bestaan nog blijven bezingen. Zal uw naam nog ooit kunnen schitteren In de schaduw van het nieuwe HEERSerland ?
Jos Schoefs
|