De schuur der schande
1763 – 2003. Tweehonderd en veertig jaar geleden werd deze monumentale schuur gebouwd. Ongeveer tweehonderd jaar heeft zij aan alle natuurelementen en ook aan oorlogsgeweld weerstaan. Zij was al die tijd de trots van ons piepklein dorpje. In deze schuur werd de opbrengst van rijke oogsten opgeslagen. Oorspronkelijk stond er eerst de renaissancehoeve van de abdij van Herkenrode uit de jaren 1636-1640. Aan deze hoeve werd de majestueuze schuur gebouwd in 1763. (schets van de plaats van de hoeve uit het boek bezittingen van de abdij ) Zij diende als tiendenschuur, waar de pachters van het dorp en omliggende 1/10 van de opbrengst van hun velden moesten naartoe brengen, zijnde de belasting, die moest afgedragen worden aan de abdij. Later werd de boerderij verpacht aan zelfstandige boeren, die op hun beurt telkenjare hun rijke graanoogst naar binnen reden, uit welke schuur dan na de oogst het graan gedorsen werd en de opbrengst door stoere mannen in zakken van 100 kg. naar de graanzolders boven de woning van de aanliggende boerderij werden gedragen. Ik was er nog bij in de jaren ‘50-‘60, aan het “dorsmajien”, wel niet om die zakken te dragen.
In het kader van deze hoeve en ook van de schuur werd een stukje dorpsverleden beleefd. Vele knechten en meiden waren er tewerkgesteld en er werd zeer hard gewerkt, doch ook veel beleefd. Seizoensgebonden waren het lange, warme of koude dagen, van hard labeur. Het binnenhalen van de oogst, dan werd deze enorme schuur volgestopt met de graanschoven. Twee man op de wagens bij het lossen – daar was ik er eentje van, om in mijn studententijd een centje te verdienen – twee gangen werkvolk om de schoven aan te geven, die dan in de “taas” “geroosd” weren. Als het hoger werd in de “taas” werd er met “trappen” gewerkt en naar boven gestoken, per trap 2 man of vrouw. Zo werd de schuur links en rechts “volgestoken”, tot hoog onder het nu “verdwenen” dak. Ook in die schuur werd veel lief en leed gedeeld. Er werd lief – zie bijvoorbeeld elders aangehaald, de “kersawsie” van Jeanne en Toep” – en leef gedeeld, hard gewerky en toch veel plezier gemaakt, veel “gebabbeld” of “geroddeld”. Na de oogst, op regelmatige tijdstippen, werd er weer uit die schuur gedorsen, in omgekeerde richting. Ik zelf kan meepraten van het harde zwoegen – ‘s avonds “stikkapot” – ook het beleven van veel plezier, tot zelfs een idylle toe.
Kwamen dan de rampzalige jaren ’70 – tenminste voor wat de schuur betreft. De boer – de traditionele – verliet de boerderij, precies 100 jaar na het betrekken ervan door zijn familie, dag op dag, zo liet ik mij vertellen althans (zie hierover elders op de website). Zij werd verkocht aan een familie, die ze enkel als woonst betrok, zonder uitbating als boerderij. Na enkele jaren werd het geheel verkocht aan een industriële boer. En op een mooie dag gebeurde er dit, “zonder boe of ba”, zoals wij zouden zeggen. (ziehier de foto mij nagelaten door pastoor Jan Moors zaliger, wat een uniek doch even triest document ! : afnemen van de eerste pannen).
Begrijpe wie begrijpe kan, hoe dit is kunnen gebeuren, zonder aanvraag (?), evenmin toelating (?). Ik blijf de juiste datum voorlopig schuldig, het moet omstreeks 1978 geweest zijn, ongeveer 25 jaar geleden. Pastoor Moors was pastoor van 1961 tot 1981.
Nog steeds tot op heden dringt het niet tot ons door, hoe dit kon gebeuren, zonder enig ingrijpen van welke overheidsinstantie dan ook. En het vervolg al die jaren nadien : hoe dikwijls werd mij verteld dat het dak er zou terug op komen. Vanaf 1990, door de nieuwe eigenaars, door sommige beleidsmensen, steeds dezelfde belofte, “binnen een paar jaar komt het er”. Het is er nog altijd niet en zo ligt het er nu bij : 1981
(zie foto ‘s algemeen zicht en binnenzicht) en in 2003 nog meer afgetakeld
En er is meer : op minder dan 5 km. daar vandaan ligt er nog zo ‘n monument te verkommeren, de hoeve van het kasteel van Heers met ook zo ‘ n tiendenschuur en het monumentale kasteel zelf. In dat dossier schijnt er beweging in te komen en nu hopen maar dat het niet stilvalt. Dit is voor een ander artikel.
In 2013 werd de Tiendeschuur door de familie Vandueren gerestaureerd.