Koubergsbos
Wie tussen Rukkelingen, Oleye (Lieck) en Batsheers gaat wandelen, zal ongetwijfeld reeds het bos hebben opgemerkt dat de mensen heden ten dage “ de KABERGENBOS” heten.
Het is een overblijfsel van een Vroegmiddeleeuws bosbestand .
Het doet ons denken aan “Kaa bergen”, dus koude bergen en werkelijk, de sneeuw die daar in de winter gevallen is blijft langer liggen dan verder in de omgeving.
En toch heeft het hiermee niks te maken.
De naam is afkomstig van de naam van een der eigenaars : Koubergs, Cauwenberghs of zelfs Kaldenberghs.
We vonden in 1612 die familienaam immers hier terug in de streek.
“… Commissie Jans van Haren van Quaemechelen (Marlinne) als veldboede des dorps vss, nae doot Jans van Caldenberch zaliger”
na vertaling :“Na de dood van Jan Caubergs wordt Jan van Haren als veldbode benoemd”
De veldbode, ook korenbode genoemd, moest de velden (en ook de bossen) bewaken, een soort veldwachter dus. Toen was er ook een ijzerenbode, die had de macht iemand in de ijzers te slaan.(handboeien)
Andere bossen in de buurt zijn het Hornebos (tussen Rukkelingen en Bettenhoven) en het Hekkene-bos (misschien afkomstig van Heeke) bij Oleye.
Jos Schoefs