VAN DE VURIGE STEDE NAAR DE HEERLIJKHEID HEERS

De man op dit zelfportret, waarover ik U een en ander ga vertellen, is Guillaume Evrard, hij zag het levenslicht in Bioul op 22/12/1710 als zoon van Gilles Evrard en Jeanne Admet en overleed in Tilleur op 10/07/1793. Na zijn humaniora heeft zijn vader hem, gezien zijn artistieke aanleg, doorgestuurd naar het atelier van schilder en beeldhouwer Renier Panhay de Rendeux (1684 – 1744). In welk jaar dit gebeurde is niet gekend, wel geweten is dat Guillaume zijn opleiding in 1736 verderzette bij Simon Cognoulle (1692 – 1744). Deze kunstenaar was zelf een leerling van R. de Rendeux en zelfs getrouwd met diens dochter Elisabeth.

In 1738 vertrok Evrard op studiereis naar Italië waar hij tot in 1744 werkte voor beeldhouwer Giovanni Battista Maini in Rome. In die tijd was het blijkbaar de tendens dat kunstenaars van het Prinsbisdom Luik naar Italië trokken gezien de constante contacten van de clerus met de hoofdstad van de christelijke wereld. Zij hoopten op die manier ook carrière te kunnen maken via bestellingen van de kerkelijke overheden. In het Grand Curtius in Luik bevinden zich verschillende schetsen die Evrard maakte tijdens zijn Italiaanse periode.

In 1744 was de beeldhouwer terug in Luik en kreeg onmiddellijk de opdracht om het mausoleum voor de in 1743 overleden prins-bisschop George, Lodewijk van Bergen te maken. Dit werk was een hoogvlieger die Evrard veel succes opleverde en een steengoede reputatie. Zijn naam was gemaakt en de belangrijkste werken van het prinsbisdom werden hem toegewezen. Spijtig dat dit meesterwerk dat in de Sint-Lambertuskathedraal stond, tijdens de Luikse Revolutie (1789-1795) en in de jaren van de Franse bezetting (1794-1814) grotendeels vernield werd. Een gedetailleerde beschrijving van het mausoleum is vermeld op de blz. 20 en 21 van het boekje Guillaume Evrard van Charles Seressia (Duculot-Gembloux 1973).

In 1763 maakte Evrard ook het grafmonument van prins-bisschop Johan Theodoor van Beieren maar dit kunstwerk is volledig vernield. Een derde grafmonument werd gecreëerd in 1772 en was bestemd voor prins-bisschop Karel Nicolaas Alexander d’Oultremont, het werd door de familie tijdig weggehaald uit de Sint-Lambertus kathedraal en overgebracht naar de kapel van het kasteel van Warfusée.

Iemand die voor drie opeenvolgende prins-bisschoppen een grafmonument maakte moet wel zeer kunstzinnige handen gehad hebben. Guillaume Evrard was erg gewaardeerd in het prinsbisdom. Zijn briljante carrière werd in 1774 bekroond met de titel “Beeldhouwer van Zijne Hoogheid de Prins van Velbrück.” Franciscus Karel Rijksgraaf van Velbrück (1719-1784) was op 14/03/1772 verkozen tot prins-bisschop als opvolger van Karel Nicolaas Alexander d’Oultremont. Hij overleed op 30/04/1784 in het kasteel van Heks dat hij vanaf 1770 als zomerverblijf en lusthof liet bouwen.

In 1775 werd in Luik een kunstacademie opgericht ter ondersteuning van de schilders, beeldhouwers en andere kunstenaars van de stad . De beschermheer was de prins van Velbrück en die stelde G. Evrard aan als deken. In 1779 stichtte de prins met dezelfde intentie La Société d’Emulation waarvan G. Evrard lid was.

Zoals U via deze link kan zien heeft “De laatste beeldhouwer van de Prinsbisschoppen” verschillende kunstwerken gemaakt.

Ook in onze contreien was hij actief. Hij is van de vurige stede naar de heerlijkheid Heers gekomen om er in het kasteel links en rechts van de hoofdingang een bas-reliëf aan te brengen.


Of deze opdracht werd gegeven door Charles, François de Stockhem (1763-1839) of zijn vader Nicolas Erasme (1723-1795) is niet geweten.

Ook in de kerken van 2 aangrenzende dorpen van Heers staan er houten beeldhouwwerken van G. Evrard. In de kerk van Oreye 5 stuks waarvan hierna foto’s.
In de kerk van Lantremange staan 3 exemplaren waarvan 2 foto’s beschikbaar.

In de Sint-Sebastiaankerk van Lantremagne staan er aan de 2 zijaltaren beelden van de Onbevlekte Ontvangenis en St. Sebastiaan, deze beelden worden “toegeschreven” aan G. Evrard. Het beeld van St. Elooi daarentegen is met zekerheid van de Luikse beeldhouwer omdat het aan hem betaald is. Foto’s van St. Elooi zijn voorlopig niet beschikbaar.

De kunstenaar verbleef van 1758 tot 1784 als conciërge in het kasteel van de prins-bisschoppen in Seraing. In 1774 werd hij door de prins van Velbrück, die hem zeer apprecieerde, benoemd tot “hoofdbeeldhouwer en inspecteur van zijn gebouwen”. Na het overlijden van de prins in 1784 en de aanstelling van Cesar Constantijn Frans van Hoensbroeck als zijn opvolger, verdwijnt G. Evrard uit het kasteel en komt terecht in Tilleur waar hij op 10/07/1793 overlijdt.

De laatste beeldhouwer van de prins-bisschoppen werd waarschijnlijk als een armoezaaier op een klein parochiaal kerkhofje begraven waar de sporen van zijn graf verloren gingen. Gelukkig zijn er voldoende materiële bewijzen bewaard die de waarde en de verdienste van de beitels en de handen van Guillaume Evrard levend houden.

Zie ook kasteelpark van Heers


Urbain Vrijdaghs augustus 2024

4 reactie op “Guillaume Evrard en het kasteel van Heers”
  1. Bijzonder duidelijk en overzichtelijk weergegeven, ook voor leken.
    Met dank aan de heer Vrijdaghs en proficiat voor de weergave van zijn opzoekingen.

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *